Haagse sportwethouder Hilbert Bredemeijer blikt terug op de Spelen

Miljoenen sportliefhebbers hebben de afgelopen weken genoten van de Olympische Spelen en Spelen voor mindervaliden, de Paralympics, zijn momenteel nog bezig. De successen van de Oranje sporters waren weer talrijk en Den Haag is als ‘Topsportstad aan zee’ trots op de atleten. De beachvolleyballers maar vooral de (zee)watersporters waren succesvol. De Haagse sportwethouder Hilbert Bredemeijer was aanwezig in Parijs en beleefde de successen mee.


Hoe kijkt u terug op de Olympische Spelen in Parijs?

Hilbert Bredemeijer:”Ik heb de Spelen van heel dichtbij mee mogen maken. Ik heb de eerste twee weken de Olympische Spelen online kunnen volgen en via de televisie. Maar ik ben zelf ook in Marseille en in Parijs geweest. Het was echt geweldig. Ik ben natuurlijk sportliefhebber, maar ik kijk natuurlijk ook door de bril van sportwethouder van Den Haag. We hebben drie olympische programma’s, het beachvolleybal en het zeilen, maar ook het skateboarden, alhoewel dat kleiner is. Het was leuk, maar ook zeker nuttig om aanwezig te zijn geweest. Ik

heb gesprekken gehad met de sportbonden, natuurlijk het NOC*NSF, maar ook met World Sailing, de internationale zeilbond en de internationale volleybalbond. We hebben daar ook over mooie zaken in de toekomst gesproken. Maar het was ook echt te gek om de sporters die vanuit Den Haag hun sport beoefenen goed zien te presteren en zelfs medailles te zien pakken.”

Zien we het Haagse beleid ook in de prestaties op de Spelen terug?

“Jazeker. Ik ben ook bij het hockey geweest en dan zie je toch twee jongens uit Den Haag goed presteren. En dan laten we zien een echte hockeystad te zijn. Het mooiste voorbeeld was toch Marit Bouwmeester. Ik kwam voor haar medal race. Die ging uiteindelijk die dag vanwege het ontbreken van de wind niet door, maar ze had natuurlijk al die gouden medaille gewonnen. Die race werd een dag later gevaren. Het enige was ze toen moest doen was starten.. We hebben die avond toen met haar teruggeblikt op de afgelopen jaren. Ik heb veel contact met haar gehad door de jaren heen. Zo mooi dat ze dat heeft bereikt. Zij vindt het geweldig dat wij als stad geïnvesteerd hebben in haar sport. Elke dag vanaf het topsportzeilcentrum, als het zeilteam niet in het buitenland is, bereiden ze zich voor op de Spelen, de WK’s en de EK’s. Maar dat geldt ook voor de beachvolleyballers die de beste faciliteiten hebben in de Sportcampus in het

Zuiderpark. Die successen hebben ze helemaal aan zichzelf te danken, maar we vinden mooi dat we er een bijdrage aan hebben kunnen leveren.”

De gemeente Den Haag is zo’n vijftien jaar geleden de weg ingeslagen van ‘Topsportstad aan de zee’, met als beloning veel mooie prestaties op internationale toernooien.

“Ik denk dat Wilbert Stolte, een lange tijd geleden zo rond 2006, als sportwethouder is gestart is met ‘Topsportstad aan zee’. Dat is ook het karakter van onze stad en dat dragen we nog steeds uit. We hebben de strandsporten en zeker door. Maar we zijn ook bezig om veel inwoners van Den Haag de sporten en sportevenementen zelf te laten beleven. Zoals de Tour de France Femmes die we naar Den Haag hebben gehaald. Daar kwamen over de hele stad  tienduizenden mensen op af  en hoort bij het profiel van onze stad, ondanks dat het geen strand- of watersport is. Ik had het in Marseille met World Sailing en het Nederlands Watersportverbond over onze stad en zij zagen ons als een belangrijke partner. We kijken ook samen naar de toekomst om die belangrijke partner te blijven. Bij deze sporten komen belangrijke innovaties om de hoek kijken en daar willen we ook in blijven investeren. We zien veel jongens en meisjes, en ook volwassenen, naar het Scheveningse strand gaan om hun sport uit te oefenen. De watersporten zoals kitesurfen zijn heel erg populair. De nieuwste ontwikkeling was het foilen. Wij proberen in die ontwikkeling mee te gaan, zodat we daar ook een aantrekkelijke stad in blijven.”

Het nieuwe kabinet heeft aangegeven dat er drastisch bezuinigd moet worden en dat geen enkele sector gespaard zal blijven. Wat zal Den Haag als topsportstad hiervan gaan merken?

“Ik maak me grote zorgen over die signalen. Misschien dat we dat op Prinsjesdag horen of dat het later wordt uitgewerkt. Zaken als BTW verhoging maar ook het moeilijker maken van het bouwen van sporthallen en zwembaden. Plus de middelen die we als stad krijgen om de sport in de stad te stimuleren. Als gemeente hebben we gezegd: wij gaan niet bezuinigen, maar juist investeren in sport. Er liggen nog heel veel keuzes die we zelf kunnen maken. Je ziet het bij andere gemeenten dat op sport wel moeten bezuinigen door deze ontwikkelingen. We willen investeren in accommodaties en verenigingen, waar de basis ligt. Je moet mensen stimuleren om te gaan bewegen. Het binnenhalen van de Tour de France heeft niet alleen die dag effect, maar ook in de maanden ervoor en de tijd erna. Het stimuleert en motiveert anderen. Kortom, we gaan op de ingeslagen weg verder en gaan nog meer investeren.”

Den Haag wil ook graag grote topsportevenementen organiseren zoals destijds het WK hockey. Hoe belangrijk is dat?

“Het WK hockey is een van de grootste evenementen die we in Den Haag hebben georganiseerd. Den Haag ademt al jaren hockey en ook in het olympisch hockeyelftal van nu hadden we weer twee Haagse jongens, Seve van Ass en Duco Telgenkamp, die een gouden olympische medaille kregen omgehangen. Dat WK van tien jaar geleden heeft toen een enorme boost gegeven aan de hockeysport. Ook de side events zoals in de zomer bij de Tour de France en het EK Beachvolleybal zijn belangrijk geweest. Hetzelfde geldt voor het WK zeilen van vorige zomer. Dat WK heeft dan niet zo’n impact als een WK hockey, maar was wel een gigantisch groot evenement. World Sailing zei zelfs dat al die klassen samen organiseren bijna onbegonnen werk is, maar wij hebben het als Den Haag wel gedaan. Zelfs in Laak lagen bootjes klaar voor de jeugd om voor het eerst kennis te maken met het zeilen.”

Hoe belangrijk is de combinatie topsport-breedtesport voor u? 

“Heel belangrijk. Als wij topsport organiseren, vind ik dat de breedtesport daar altijd van moet profiteren. Ook het ongeorganiseerde, dus de jeugd die niet is verbonden aan clubs. Sport moet je beleven en er altijd plezier in hebben. Maar de combi kan ook wringen want het kan zijn dat wij teveel verwachten van onze talenten waardoor het plezier kan verdwijnen. Talentontwikkelingsprogramma’s draaien niet alleen om hoe je het beste uit jezelf haalt, dus de top, maar je moet ook kijken hoe je je tot de rest van de club verhoudt.”

Even terug naar de topsportevenementen. Wat wil Den Haag op dat gebied?

“Zoals gezegd hebben we in Marseille onder meer gesproken over evenementen in het zeilen en surfen. En ook in Parijs hebben we gesproken over het beachvolleybal. Wij zijn altijd er voor in om een topsportevenement te organiseren. Er staat nog niets gepland, maar dat gaat binnen afzienbare tijd weer gebeuren. Maar we zoeken ook naar leuke evenementen die dan weer niet met die sporten te maken hebben. Ik hoorde onlangs op de radio bij een rolstoelrugbywedstrijd tijdens de Paralympics hoe spectaculair dat is. En snel organiseren wij hier het EK rolstoelrugby. Leuk om daar gastheer van te mogen zijn.”

Hoe omarmt de gemeente Den Haag haar topsporters die niet bij een al bestaand topsportprogramma horen?

“Wij concentreren ons echt niet alleen op de beach- en watersporten. Iedereen die hier aan topsport doet, zit bij ons op het netvlies. We hebben een afdeling topsport die met al die sporters en clubs bezig zijn. En ik ben zelf ook op de hoogte wanneer Haagse topsporters in het buitenland uitkomen op toernooien. Ik feliciteer ze ook altijd als ze een medaille hebben gewonnen, dus dat contact is heel erg goed. We zetten ze ook in het zonnetje op ons jaarlijkse sportgala. Ik vraag ze ook altijd of ze genoeg faciliteiten hebben om op topniveau te kunnen sporten. En we hebben intensief contact met de sportbonden om tot een goed topsportklimaat te komen. Dan moet je ook denken aan scholen waar topsportprogramma’s worden gehouden.”


Hoe stimuleert de gemeente Den Haag dat topsporters als rolmodel kunnen dienen voor jeugdige sporters? 

“Dat is voor ons heel erg belangrijk. Het is leuk te zien dat de jeugd na bijvoorbeeld de Spelen graag op de foto wil met medaillewinnaars. Maar er zijn ook nog drie andere jaren dan het jaar van de Olympische Spelen. We proberen met de uitingen van onszelf en met stimuleringsprojecten op pleintjes de jeugd kennis te laten maken met Haagse topsporters. Een goed voorbeeld daarvan is Khalid Choukoud. We hebben hem zien lopen tijdens de olympische marathon. Hij is een groot rolmodel in de Schilderswijk. Ik zie hem heel vaak bij de jeugd om hen te inspireren om aan atletiek te doen. Maar ook Seve van Ass is als tophockeyer een groot voorbeeld geweest voor de jeugd.”