René Havermans niet enthousiast over hervatting Eredivisie vrouwen
Afgelopen donderdag was er een TEAMS overleg met de clubs aangaande een eventuele herstart van de zaalvoetbalcompetitiecompetitie in de Eredivisie vrouwen. In gesprek met de hoofdtrainer van de Haagse eredivisionist, geeft hij aan er niet echt enthousiast van te worden.
Havermans: “Er staat nog steeds één ding bovenaan en dat is verantwoord sporten en waar de gezondheid en veiligheid van speelster, staf en arbitrage voorop staan.”
De Hagenaar geeft aan dat het overleg met de KNVB wel alternatieven biedt, maar daar staat naar zijn idee een ander belang op het spel: “Men wil voetballen om het voetballen. Dat is goed, maar niet ten koste van een competitie. Het alternatief wat nu wordt geboden, kan ik me niet geheel in vinden.”
René Havermans vervolgt zijn betoog: “Men is voornemens om een halve competitie uit te spelen, dit betekent zeven wedstrijden en dan wordt er nog gekeken of het haalbaar is om voor het Kampioenschap van Nederland te kunnen spelen. Aangaande het kampioenschap zet ik wel mijn vraagtekens bij. Want voorziet het KNVB-reglement erin dat je ook met een halve competitie kampioen van Nederland kan worden? En kan je dan ook gewoon degraderen?”
Havermans: “Wanneer ik als trainer daar mijn visie op los laat, vind ik het vreemd dat je dan niet de keuze maakt om een complete halve competitie te spelen en iedereen op 0 punten begint en dan op deze wijze starten. Daar was de KNVB het niet mee eens, omdat de reeds behaalde punten dan afgenomen worden en dat zou dan geen eerlijk verhaal zijn.”
Havermans denkt daar anders over: “Dat vind ik een slecht argument, want waar blijft de eerlijkheid dan voor de teams die geen punten hebben behaald en deze misschien wel in het tweede helft van de competitie hadden kunnen behalen.
Havermans: “Het andere argument om dit niet te doen was het tijdspad, je moet vier wedstrijden meer spelen en dat is niet mogelijk in de periode die we hebben. Ook hier denk ik er anders over, er lag een plan om eventueel twee keer in de week te spelen, de vorige bijeenkomst, en dat is nu ook ineens van de baan. Het argument wat ook geroepen werd, is dat dit medisch niet verantwoord was voor de belasting van de speelsters. Omdat iedereen al zo lang stil stond. Ik ben geen medicus maar weet wel dat wanneer je dit goed indeelt en je geen overkill pleegt het best te doen is. Het gaat uiteindelijk om 3 keer in de drie maanden dus is dat te veel?
Teleurgesteld stelt de aimabele trainer ook: “Na dit voorstel besproken te hebben is mijn enthousiasme dus weg, en ben ik van mening dat het voetballen is om het voetballen en niet om het sportieve element, omdat je dit juist weghaalt naar mijn idee op deze manier. Als trainer in het rechter rijtje, kan het best zijn dat men denkt dat ik uit eigen parochie spreek maar dat is zeker niet het geval. Ik kijk naar een alternatief die geboden moet worden waar je gelijke kansen biedt met daarbij een eerlijke competitie.
Havermans: ‘Maar wat nog belangrijker is, is om te kijken wat er om ons heen gebeurt, en hoe er ideeën ontstaan bijvoorbeeld bij de Mannen Eredivisie. Of in België, daar is het besluit genomen om de competitie te stoppen. Het is een stevig besluit maar het geeft wel duidelijkheid, en niet steeds valse hoop. Een ander alternatief wat is besproken, is een competitie in een soort toernooivorm in de regio’s, wanneer haalbaar. Dat is realistischer en kan je starten wanneer mogelijk en geeft het toch een haalbaar alternatief.”
“We hebben een hoop werk te doen, om speelsters enthousiast te houden, en biedt ze dan een stip op de horizon die reëel is en werk naar een nieuw seizoen toe met perspectieven waar je naar uit kan kijken”, verzucht de Hagenaar.
Havermans: “Zoals eerder gezegd, er is een groot verschil tussen hoop geven en hoop houden, daar moet je heel duidelijk in zijn. Voor mijn idee bereik je dat alleen maar om open en eerlijk te zijn, en als je iets wil doen naar de realiteit en uitdaging te blijven kijken. Dus een flinke uitdaging, waar wij hard aan moeten werken en wat veel energie en inzet zal vragen voor de club.”
Redactie: Ulis van Maanen
